afd. Vergunningverlening,
Postbus 80300,
3508 TH Utrecht.
Betreft: bezwaar tegen vergunningverlening.
art. 19d NBW aan SBB.
Westbroek 13-02-2012
Geachte Hr. Drost,
Het spijt ons, maar wij hebben géén kennis kunnen nemen van de inhoud van de aanvraag tot vergunningverlening van SBB om waardevol grasland met natuurwaarde af te graven en af te voeren. Wij hebben slechts kennis kunnen nemen van de inhoud van de vergunning. Ook in de advertentie in de Vierklank maakt u geen melding van de motivatie van de aanvraag. U schrijft slechts dat u vergunning hebt verleend voor het maken van natuurvriendelijke oevers langs sloten op één perceel in de Molenpolder. Verder schrijft u dat er voorschriften verbonden zijn aan de vergunning.
Maar in werkelijkheid verdwijnen twee weilanden en wordt een nieuw trekgat van meer dan 2 hectare gegraven.
Hoe kunnen wij een reactie geven op het verlenen van een vergunning als wij géén motivatie van de aanvraag hebben kunnen zien. Of schrijft de provincie soms de motivatie en de aanvraag?
De motivatie hadden wij resoluut kunnen verwerpen, net als de motivatie van het verlenen van de vergunning.
Pas op blz. 8 wordt bij de motivering duidelijk dat alle werkzaamheden worden gedaan ten einde een geschikt foerageergebied ter realiseren voor: Purperreiger, Roerdomp en Woudaapje en wordt er een broedgebied gemaakt voor Snor, Rietzanger en grote Karekiet. Daarbij wordt de indruk gewekt dat voor deze soorten de biotoop in de Molenpolder niet of nauwelijks aanwezig zijn.
Maar dat is helemaal niet waar. In de Molenpolder hebben bovengenoemde soorten meer dan 80 hectare broed-, en foerageergebied tot hun beschikking. Die 2 hectare extra zijn dus helemaal niet van belang.
Daar komt bij dat onderzoek in het voorjaar van 2011, naar de broedresultaten van de purperreiger op de randen van het Drinkwaterleidinggebied in Loenen aan de Vecht, hebben uitgewezen dat van de 18 aanwezige broedparen er 14 zijn gepredeerd door vossen.
Met grote verbazing hebben wij dan ook kennis genomen van de veel te hoge aantallen purperreigers die door u op blz. 8 worden vermeld. Onze leden, waarvan er enkele elke dag in het gebied zijn, omdat zij daar wonen, zien sporadisch een van bovengenoemde vogelsoorten. Maar dat is ook wel logisch omdat elk broedsel in de Molenpolder gedoemd is te worden opgevreten door vossen.
SBB staat de jacht op vossen in de Molenpolder namelijk niet toe. Wel zijn er in 2011 in de aangrenzende gebieden 28 vossen geschoten. Dat zegt méér dan genoeg.
Gaarne zal een selecte groep van onze leden, de weidevogelbeheerders, deelnemen aan een telling waarbij wij al blij zouden zijn als er 12 purperreigers zouden zijn in de Molenpolder. Om van de 10 Woudaapjes dan nog maar niet te spreken. De genoemde roerdompen zullen waarschijnlijk na deze winter helemaal niet meer aanwezig zijn. SBB treft namelijk niet bij ons bekende specifieke maatregelen om de roerdomp, die géén trekvogel is, visjes te laten eten.
Het zal duidelijk zijn dat het gemaakte trekgat spoedig door de Overzomerende grauwe ganzen zal zijn gekoloniseerd. Het is alleen voor deze soort dat er een positief effect zal optreden.
De vergunningaanvraag is door u op 27 december ontvangen. In de bijlage “ Voorschriften ”op blz. 11, staan de voorschriften verbonden aan het besluit van GS van Utrecht dd. 23-12-2011. Heeft GS het goedkeuringsbesluit op 23-12-2012 genomen en op die datum ook voorschriften gemaakt die verbonden zijn aan een vergunning waarvoor de aanvraag pas op 27 december werd ingediend?
Hebben GS en de betreffende ambtenaren doorgewerkt tussen Kerst en Oud en Nieuw?
Als er door GS van Utrecht vergunning is verleend conform 19d van de NBW om natuurvriendelijke oevers te maken op 1 perceel, waarbij 4000 m3 grond moet worden afgevoerd; waarom is er dan géén ontgrondingsvergunning aangevraagd en verleend bij de gemeente Stichtse Vecht?
Waarom wordt de grond naar een plek buiten het Natura 2000 gebied afgevoerd? Een aangrenzende agrariër wilde de grond graag kopen om zijn land mee op te hogen maar dat werd door SBB afgewezen. Is er iets met deze grond aan de hand? Is deze afgevoerde grond gekeurd?
Omdat volgens art. 19 f , het project niet direct verband houdt met of nodig is voor een Natura 2000 gebied had de Provincie volgens art. 19g zich moeten laten verzekeren dat de natuurlijke kenmerken – weilanden met natuurwaarden- van het gebied niet zouden worden aangetast. Hetgeen nu overduidelijk gebeurt.
Het is niet de eerste keer dat SBB de wet overtreedt. In de winter van 2009 heeft SBB, ook zonder vergunning, een legakker weggegraven om haar rondvaartboot gemakkelijker te kunnen laten draaien. Nadat zij op haar fouten was gewezen door de toenmalige gemeente Maarssen heeft SBB toen toegezegd, zich aan alle, voor elke burger in ons gebied geldende regels, te zullen houden.
Maar nu maken zij het wel heel erg bont. Te bont.
Wij verzoeken u:
1. Indien de vergunning 19 d is verleend deze onmiddellijk in te trekken omdat, de werkelijke werkzaamheden, die,welke in de vergunning zijn gemeld, te buiten gaan. Ook omdat géén rekening is gehouden met art. 19 f en art. 19 g.
2. De weggegraven weilanden met natuurwaarden in haar oorspronkelijke situatie terug te brengen.
3. Alle nieuwe werkzaamheden die SBB wenst uit te gaan voeren eerst te laten motiveren en te laten toetsen door
burgers die dicht bij het gebied betrokken zijn.
Wij vinden het onbegrijpelijk dat de Provincie Utrecht blijk geeft wel héél erg graag vergunning te verlenen aan SBB. Zelfs voordat een aanvraag was ontvangen. Wij vragen ons oprecht af wat hiervan de achterliggende gedachte is.
In afwachting van uw antwoorden,
Namens de vereniging Onafhankelijke natuur Informatie,
Hoogachtend,
drs. J.C. Vendrik.
voorzitter